Duur: 108 minuten (met pauze)
Met: Maël Rouin Berrandou, Judith Chemla, Dali Benssalah en Sofian Khammes, Moncef Farfa
Debuterend speelfilmregisseur Yohan Manca, die opgroeide in een Parijse buitenwijk, ergerde zich aan het stereotiepe beeld van de ellende in de achterstandswijken. In Mes Frères, et Moi laat hij een andere werkelijkheid zien vol levenslust.
De veertienjarige Nour woont met zijn drie oudere broers, in een achterstandswijk in een havenstadje in Zuid-Frankrijk. Abel heeft zich opgeworpen als de pater familias, Mo is de gladjakker die in een hotel werkt en Hedi worstelt met een explosief temperament. De ene keer zitten ze gebroederlijk aan tafel te eten, het andere
moment kunnen ze elkaars bloed wel drinken.
Vader is al langer overleden, hun geliefde moeder ligt thuis in coma. Nour moet, tussen het lummelen in de lange warme zomervakantie, als straf klusjes doen op school, waar hij (liefhebber van Pavarotti) operamuziek hoort. Nour onderbreekt zijn zomerse taakstraf omdat hij daadwerkelijk wordt geraakt door de klanken die hem tegemoet stromen vanuit het muzieklokaal. Nours doodzieke moeder hield toen ze nog bij bewustzijn was ontzettend van Italiaanse opera. Een aria als Una furtiva lagrima uit Donizetti’s L’elisir d’amore, mama’s favoriet, kan Nour letterlijk meezingen. Hij krijgt de kans in het muziekklasje mee te doen, terwijl z’n oudste
broer hem liever betaald werk ziet doen als pizzakoerier.
Manca heeft van zijn film een opbeurend en ontroerend sprookje weten te maken, waar je, ondanks de harde werkelijkheid, met een glimlach uitkomt. Er is nog niets verloren.
114 bezoekers
3,5