Altiplano is de naam van de hoogvlakte in de Andes in Peru. Documentairemakers Peter Brosens en Jessica Woodworth maakten naar aanleiding van een milieuprobleem een magisch-realistische speelfilm. Resten van de mijnbouw leiden tot gezondheidsproblemen van de plaatselijke bevolking.
Het fonkelt zo prachtig in het zonlicht. En het is achtergelaten door de buitenlanders die in de mijnen werken. Het moet dus wel kostbaar zijn, zo redeneren de inwoners van het Peruaanse dorp Turubamba. Saturina in ieder geval: zij draagt haar flesje met het uiterst giftige kwik voortdurend met zich mee, onder de kleding, klaar om aan moeder aarde te offeren, mocht dat nodig zijn. De bevolking van Choropampa wordt echter blind door de kwikvergiftiging.
Altiplano is niet zozeer een aanklacht maar bovenal een poëtische film die op beelden drijft. Op geluid. Op muziek. Op gevoel. Een visueel feest is het, als het licht naar binnen valt bij het passen van een bruidsjurk of als mensen zitten te wachten bij een oogkliniek, allemaal met ooglapjes op. Altiplano zweeft op een spiritueel niveau waar surrealisme en werkelijkheid door elkaar lopen. Waar twee levens, elk aan de andere kant van de wereld, opeens samen kunnen komen door iets dat meer moet zijn dan toeval. Wie zich erdoor mee laat voeren, ziet een raadselachtige, maar spookachtig mooie film.