The Zone of Interest draait (op het eerste oog) om het leven van een doorsnee Duits gezin dat in een mooie villa aan een grote rivier met veel groen woont. Denk Sound of Music zonder de vele bergen. De gezinsleden beleven idyllische zwempartijtjes, picknicken, verjaardagsfeestjes en ze fantaseren over de toekomst. Niets aan de hand. Alleen is de vader van het gezin kampcommandant Rudolf Höss (die echt heeft bestaan) en grenst de prachtige tuin van de villa aan de muren van zijn werk: concentratiekamp Auschwitz. Dit is dus een film over de Holocaust, maar zoals je die nog nooit eerder zag. Regisseur Jonathan Glazer laat namelijk geen één scène zien waarin mensen worden mishandeld, gemarteld of vermoord. De camera is slechts gericht op het gelukkige gezin. Het venijn zit hem in wat je niet ziet, maar wel hoort.
The Zone of Interest won op het filmfestival van Cannes de Grand Prix en kreeg vijf Oscarnominaties. Het verstikkende The zone of interest maakt definitief gehakt van Schindler’s List als ‘de beste Holocaustfilm ooit gemaakt’. Misschien juist omdat deze film over het ‘idyllische gezinsleven’ van Auschwitz- kampcommandant Rudolf Höss de horror bewust buiten beeld houdt. Toch kijken we naar mensen, niet naar monsters. Ons vermogen tot verdringing, daarover gaat het huiveringwekkende The Zone of Interest. Of zoals de regisseur het zegt: deze film gaat over onze gelijkenis met de daders, niet met de slachtoffers. Het is een ziek meesterwerk dat je zeker niet wil missen, maar daarna ook nooit meer wil zien. En horen.
THE ZONE OF INTEREST WERD DOOR 97 BEZOEKERS GEWAARDEERD MET EEN 4,3
4